Hypothese

Stellige zin die je gaat testen met je metingen. De stelling draagt bij aan het beantwoorden van je onderzoeksvraag. De hypothese volgt uit je inleiding en bevat geen “omdat”; de reden waarom je je hypothese zo kiest staat in de inleiding.

De hypothese gaat over je onderwerp en over de variabelen die je meet. Het woord "we" en "ik" zijn verboden woorden. De hypothese gaat namelijk over het onderzoek en niet over de onderzoeker.

De typische hypothese is: een <onderwerp> met een grote/kleine <onafhankelijke variabele> zal een grote/kleine <afhankelijke variabele> hebben/veroorzaken.

voorbeeld 1:

Onderzoeksvraag: Wat is de invloed van het aantal uren licht op de lengte groei van tuinkers?
Hypothese: Tuinkers zal in een zomerse dag gemiddeld 4 keer zoveel groeien als in een winterse dag. 
Verklaring die in de inleiding te lezen is: tuinkers groeit door foto-synthese waarvoor zonlicht nodig is. Vanuit de bronnen via het KNMI blijkt dat het aantal zonuren in de zomer gemiddeld ruim 4 keer zo groot is als in de winter.

VOORBEELD 2:

Onderzoeksvraag: Met hoeveel wieken heeft een windmolen het optimale rendement?
Hypothese: Windmolens met 3 wieken zullen het meeste elektrisch vermogen per wiek kunnen leveren.
Verklaring die in de inleiding te lezen is: gegevens van de meest verkochte type windmolen per jaar die drie wieken heeft en een kostenplaatje van verschillende soorten windmolens met verschillend aantal wieken.

geavanceerde formuleringen (VWO)

voor verschillende types hypotheses kan je ook bijbehorende formuleringen lezen op de site van scribr.

  • Door: LEE, leerlaag: bovenbouw N-profiel
  • mei 2022