Data types
De statistische verwerking van gegevens is afhankelijk van het soort gegevens dat je hebt. Verschillende soorten gegevens moet je op verschillende manieren in een grafiek weergeven en je moet op verschillende manieren onderzoeken of er verbanden zijn.
- Data van niet-getal gegevens toepassen:
Voorbeelden: links- rechtshandig; havo-vwo; groen en rood; helemaal niet leuk, beetje leuk, gewoon, erg leuk;...
- tellen hoe vaak iets voorkomt en welk antwoord het meest voorkomt.
- aantallen weergeven met getallen in een tabelof een cirkeldiagram
- percentages bepalen hoe vaak iets voorkomt;
- subgroepen binnen doelgroep vergelijken: tabel binnen excel.
- Gecategoriseerde-getals-data gebruiken
Voorbeelden: Geconditioneerde groep en controlegroep.
aantal kilometers file per dag gecategoriseerd, aantal uren slaap van studerenden, werkenden, vakantiegangers, etc.
- Gemiddelde en standaarddeviatie met excel berekenen en interpreteren.
- In excel gebruik je een 2-d balken grafiek met standaarddeviatie.
- Vuistregel: als er geen overlap van standaarddeviaties is, dan is er een significant verschil tussen de gemiddelden van de categoriën
- Data van getalsmatige variabelen gebruiken.
Voorbeelden: van meerdere blokjes hout meet je én de massa én het volume, van meerdere activiteiten de hoeveelheid vochtverlies(massa) én de tijd die er intensief gesport is, van verschillende verhoudingen grond/kunstmest meet je de lengtetoename van de plantjes in één week.
- Meetwaarden zijn punten in een grafiek. Beide assen van de grafiek hebben een grootheid, eenheid en lineaire schaal.
- trendlijn gebruiken; Een r2 van dicht bij de 1 geeft aan dat de lijn een goede weergave is van alle metingen. Het is een maat voor de significatie van het verband dat de trendlijn aangeeft.
- in Excel gebruik je een “spreidings”grafiek.